Lang geleden, in de abdij van Hautvillers, liep Dom Pierre Pérignon rond als een monnik met duidelijke prioriteiten: bidden, werken… en vooral heel goed wijn proeven. De wijnen in zijn tijd waren nogal ruig. Denk aan de puberjaren van wijn maar Dom Pérignon dacht: dat moet toch beter kunnen?
Hij mengde druiven, perste ze met engelengeduld en verfijnde alles wat maar te verfijnen viel. En toen hij iets bijzonders proefde, zou hij volgens de legende hebben uitgeroepen: “Kom snel, ik proef de sterren!”
En toegegeven: als je bubbels ontdekt na een leven vol rustige kloosterdagen, is dat waarschijnlijk ook best een hemelse ervaring.
In 1729 besloot Nicolas Ruinart dat het tijd was om die sterren in een fles te stoppen en er een officieel bedrijf van te maken. Aangemoedigd door zijn oom, Dom Thierry Ruinart (die heimelijk waarschijnlijk de eerste influencer van mousserende wijn was), richtte hij het allereerste champagnehuis op. De aristocratie was er dol op want wat past nu beter bij dure jurken, pruiken en poederflacons dan elegante bubbels?
De flessen van Ruinart liggen te rijpen in gigantische krijtkelders diep onder Reims. Vandaag de dag zijn die UNESCO-werelderfgoed, maar toen waren ze vooral: lekker koel, lekker donker, en lekker veilig voor nieuwsgierige buren die wel héél veel dorst hadden.
En dan komt Barbe-Nicole Clicquot-Ponsardin ten tonele beter bekend als Veuve Clicquot, de weduwe die besloot dat rouwen prima was, maar dat ondernemen toch een stuk spannender smaakte.
Dat ze een champagne-imperium zou bouwen? Had niemand zien aankomen. Dat ze het met swagger zou doen? Absoluut wél.
Tijdens de Napoleontische blokkade van Rusland mocht geen Franse wijn het tsarenrijk in. Maar de Russen wilden hun champagne. En Veuve Clicquot dacht: ach, blokkade schmokkade. Dus stuurde ze ’s nachts kisten champagne via de Baltische Zee. Wanneer Rusland de grenzen weer opendeed, lagen háár flessen al te schitteren in de magazijnen, alsof ze er altijd al stonden. Zo veroverde ze Rusland — zónder troepen, alleen met bubbels.
Maar ze was niet alleen een smokkelkoningin, ze was ook een innovatiesprintje op hakken. In 1810 maakte ze de eerste echte vintage champagne. In 1816 vond ze de remuage uit het elegante heen-en-weer gedraai van flessen waardoor de gist langzaam naar de hals zakt. Een soort yogales voor flessen, maar dan met meer resultaat. Dankzij haar werd champagne eindelijk helder in plaats van troebel. Oftewel: Instagram-ready, maar dan vóór Instagram bestond.
Met een monnik die sterren proefde, een champagnehuis dat aristocraten liet glimmen, en een weduwe die smokkelde alsof het een hobby was, kon het niet anders dan dat champagne het symbool werd van feest, luxe en hoop.
En dat is precies waarom we stipt om middernacht de kurk laten knallen.
Tips uit Reims
- Charles Heidsieck Champagne Brut Réserve
Een krachtige Champagne met een verfijnde geur van oranjebloesem, gedroogde perzik en brioche. Genereus, vol en verfrissend van smaak met een delicate mousse en milde textuur. De afdronk is elegant en aanhoudend.
- Bolliger Special Cuvee
Prachtige goudgele Champagne. Gerijpt, complex en rijk van smaak met tonen van toast, karamel, walnoten, peer, rijp fruit en champignons. Zachte mousse met lang aanhoudende bubbels. Een karaktervolle champagne met veel elegantie.
- Taittinger Brut Reserve
De Brut Réserve heeft een prachtige gouden kleur. De bubbels zijn fijn terwijl de bruising discreet en toch meeslepend is. De geur is open en expressief en brengt aroma's van fruit en brioche. Geuren doen denken aan perzik, witte bloemen (meidoorn en acacia) en vanille.
- R de Ruinart
Een levendige, heldergele kleur met gouden reflecties. In eerste instantie is de neus delicaat, fris en fruitig, vol wit fruit (peren, Bosc-appels), abrikozen, maar ook tonen van hazelnoot en verse amandelen. Bloemige en kruidige tonen voegen een extra vleugje complexiteit toe, gevolgd door tonen van biscuit en brioche.
- Veuve Clicquot La Grande Dame 2018
De kleur is helder goudgeel met fijne en aanhoudende mousse. In de neus toont de wijn een expressieve combinatie van rijpe perzik, abrikoos, citrusschil en toast, gevolgd door tonen van hazelnoot, amandel, witte bloemen en een subtiele mineraliteit. In de mond is de champagne levendig en zijdezacht, met een energieke zuurgraad, fijne bubbelstructuur en een langgerekte, licht ziltige afdronk.
Reactie plaatsen
Reacties